Verschenen in Bres Magazine, januari 2021
Ik ben een muziekliefhebber. En bij momenten kan ik diep geraakt worden door muziek. Wanneer ik bijvoorbeeld naar het adagio van het vijfde pianoconcert van Beethoven luister, word ik meegenomen in een reeks elkaar afwisselende emoties, stemmingen en belevingen. In minder dan tien minuten passeert er intense, bijna hemelse vreugde en diepe ‘tristesse’, vernieuwde hoop en een gelaten verzoening. Met elke noot wordt een bepaald gevoel uitgediept, een stap verder gebracht, zonder dat ik daar iets anders voor hoef te doen dan luisteren. Totdat het gevoel een hoogtepunt bereikt heeft en het overgaat in een ander gevoel of een andere stemming. (Niet dat ik nu opeens muziekrecensent ben geworden overigens.) Elke keer dat ik naar dit contemplatieve pianoconcert luister, kan er weer iets anders actueels in mijn leven gaande zijn, waar de muziek perfect op aan lijkt te sluiten. Het is muziek die je tot tranen kan roeren. En niet per se alleen tranen van verdriet, maar ook tranen van vreugde, verlangen, hoop, schoonheid, vergeving, verzoening. Voor mij voelt het altijd als een warme omhelzing. Alsof onvoorwaardelijke liefde me bij de hand neemt, me door alle mooie en alle afschuwelijke facetten van het menselijke bestaan heen loodst. Het neemt me voorzichtig maar toch vastberaden mee van geboorte tot dood, met alles ertussenin wat maar kan gebeuren in de menselijke beleving. Het kan zowel gespeeld worden bij een huwelijk als bij een begrafenis. Het mag in ieder geval op mijn begrafenis gespeeld worden. Of gedraaid, bedoel ik natuurlijk. Gewoon een cd’tje, er zal vast niet opeens een orkest uitrukken wanneer ik gestorven ben.
Beethoven moet duidelijk meer dan een paar uurtjes gereflecteerd hebben op zijn eigen leven. En het resultaat daarvan is muziek die twee eeuwen later nog steeds volop geluisterd en gewaardeerd wordt, juist vanwege het feit dat er een heel leven aan reflectie in gelegd is. Nu is niet iedereen een Beethoven. (Gelukkig niet zeg! Hij mag dan een geschenk zijn voor muziekliefhebbers, voor de mensen om hem heen was hij schijnbaar niet altijd zo’n geschenk.) Er zijn maar weinig mensen die het talent hebben om beleving of emotie in muziek of een andere kunstvorm te leggen. Ook voelt lang niet iedereen de noodzaak of de urgentie om dat te doen. En dat hoeft ook helemaal niet. Wellicht heeft ook niet iedereen in dezelfde mate het vermogen om te reflecteren op het bestaan, of op zijn of haar eigen mens-zijn. Zij die dat wel doen zijn ook niet beter dan degenen die dat niet doen. Zijn ook zeker niet altijd beter áf. Ik ervaar het in ieder geval zowel als een zegen als een vloek. Soms ben ik jaloers op mensen die gewoon niet zoveel nadenken over dingen. ‘Zalig zijn de onwetenden’, en al dat – niet neerbuigend bedoeld. Maar ik heb nu eenmaal wel de neiging om te reflecteren en me af te vragen: wat houdt het in om werkelijk mens te zijn? Niet dat ik een pasklaar antwoord gevonden heb op die vraag. Het vinden van antwoorden op zo’n vraag zou er ook alleen maar voor zorgen dat het onderzoeken ophoudt. Het zou het einde zijn van verwondering.
Want ik kan vooral verwonderd zijn over dit bestaan. Ik sta versteld van de wereld om me heen en hoe ik ermee omga. Hoe debiel ik er soms op reageer, me verlies in het geloof dat ik afgescheiden ben van die wereld. Of me er soms helemaal één mee voel. Momenten van complete gelukzaligheid worden net zo makkelijk afgewisseld door momenten van verwarring, verveling of eenzaamheid. Ik wil het verder niet zwaar maken hoor. Maar het zal voor de meesten van ons gelden dat het leven haar ups en downs heeft. Het leven is niet alleen maar leuk. En dat het alleen maar leuk zou moeten zijn, is een leugen van een maatschappij die alleen succes waardeert. Ik las laatst een tragisch verhaal over een studente die zichzelf van het leven had beroofd, nadat ze jarenlang gedaan had alsof ze studeerde. Blijkbaar werd dat ‘doen alsof’ zo ondraaglijk dat ze geen andere uitweg meer zag. Zo sterk kan die druk dus voelen om succesvol te zijn, gelukkig te zijn, te voldoen aan bepaalde eisen die een prestatiemaatschappij, of ouders, of vrienden aan je stellen. Zo belangrijk kunnen we deze wereld maken waarin we ons wanen. Zo belangrijk kunnen we ons eigen succes of geluk maken, dat we de realiteit niet meer zien: het leven is plezier én pijn, succes én mislukking, samen-zijn én alleen-zijn. Die twee ogenschijnlijk tegengestelde polen gaan hand in hand. Het ene kan simpelweg niet zonder het andere. Dat ook de downside (of wat wij de downside nóemen) bij het leven hoort, geldt niet alleen voor de ‘losers’, niet alleen voor de depressievelingen, niet alleen voor degenen die teveel reflecteren. Het geldt voor iedereen. Je hoeft niet heel veel te reflecteren op je eigen leven om vast te stellen dat er een bepaalde fluctuatie zit in wat je leuk noemt en wat je niet leuk noemt. En je hoeft niet al teveel van het zogenaamde wereldnieuws te volgen, om vast te stellen dat er niks nieuws aan is. Het zijn nog steeds dezelfde kanten die tegenover elkaar staan, of het nu links versus rechts is, of voor versus tegen corona- of ander soort maatregelen. Maar oh, wat is het belangrijk allemaal! Onze aandacht kan er makkelijk helemaal door in beslag genomen worden. Terwijl er ook in dat wereldnieuws een zeker schommeling zit. Dan zijn er opeens volop rellen en dan zijn de gemoederen weer wat tot bedaren gekomen. Het ene moment pakken maatregelen of iets dergelijks gunstig uit voor je, en een volgend moment wat minder gunstig of zelfs rampzalig. Datzelfde geldt voor je innerlijke wereld: gevoelens en stemmingen wisselen elkaar soms in rap tempo af. Je kunt niks vastpakken en zeggen: nu wil ik dat het zo blijft. Nou ja, dat kan wel, maar dan doe je jezelf een hoop onnodig leed aan. Veel handiger is het om overal vanaf te blijven, lekker achterover te leunen en ontspannen te kijken wat er gebeurt.
Werkelijk mens-zijn is niet gemakkelijk. Alhoewel het waarschijnlijk het eenvoudigste is wat er is, is het ook het allermoeilijkste om te ‘realiseren’. Ik noem het het eenvoudigste, omdat er niks zo eenvoudig is als te zijn wie je bent, wat je bent, hoe je bent. Dat is namelijk je natuur. Het is je natuur om je niet afgescheiden te voelen van je omgeving, van de wereld. Het is je natuur om met je innerlijke belevingswereld te zijn en je gevoel, je stemmingen, je ervaringen toe te laten, gewoon omdat ze uit zichzelf opkomen. Het is je natuur om je leven te leven alsof het het vijfde pianoconcert van Beethoven is – samenvallend met elke noot. (Als je geen idee hebt hoe dat stuk klinkt, of als je zelfs nog nooit van Beethoven gehoord hebt: ga dat concert luisteren en dan weet je wat ik bedoel. Of je komt erachter dat je niet van klassieke muziek houdt, dat kan natuurlijk ook.) Het is het meest natuurlijke om waarachtig te leven, in lijn met wie jij bent, met hoe jij bent. Om je intuïtie te volgen, om oprecht uitdrukking te geven aan je gevoel, aan je verlangens, en om ook je angsten, frustraties en kwetsuren onder ogen te komen. Soms moet je ‘het monster in de bek kijken’ wanneer het zich voordoet. Het is dus eigenlijk het meest voor de hand liggende om alles te doorleven zoals het zich aandient, maar we zijn van jongs af aan o zo goed getraind om onze intuïtie en ons gevoel te negeren, om angsten weg te stoppen, en te doen alsof pijn niet bij het leven zou moeten horen. Dat maakt ons nep. Nou ja, het máakt ons niet nep, want niks kan dat doen. Maar onze echtheid, onze authenticiteit wordt er wel door overschaduwd. Die echte, authentieke mens is nog altijd aanwezig, onder alle lagen die we aangeleerd hebben. Lagen van aanpassen, doen alsof, leugens, vermijdingsgedrag, gevoelloosheid en noem maar op. Want dit geldt voor elk mens: als je diep van binnen kijkt, dan weet je wat je bent, hoe je bent, hoe jij dingen doet, waar je van houdt, waar je niet van houdt, wanneer je ‘ja’ voelt, wanneer je ‘nee’ voelt. Je hoeft alleen maar te kijken, te reflecteren op je eigen werkelijkheid. Want hoe zeer je ook afgedwaald bent van je natuur, je werkelijke eigenheid kijkt je altijd recht aan.
Het is dapper van ons allemaal om elke keer weer de confrontatie aan te gaan met die wereld waarin we leven. Want mens zijn in deze wereld, nogmaals, is niet gemakkelijk. Je bént kwetsbaar, je wórdt geraakt, dat kan ook niet anders. Je kríjgt te maken met tegenslag, met verlies, en met heel veel dingen die anders lopen dan je gewild zou hebben. Maar ondanks dat alles, weet je dat je de kracht in jezelf hebt om er telkens weer mee om te gaan. Dat weet je, omdat je tot nu toe alles wat in je leven gebeurd is, verdragen hebt. Je bent er nog steeds. Er is blijkbaar iets in je dat sterker is dan welke uitdaging dan ook. Temidden van de ergste turbulentie in je leven, ben jij nog steeds jij.
Werkelijk mens zijn is samenvallen met het leven. Wat houdt dat in? Dat alles in je leven ervaren wordt zoals het komt. Dat elke noot precies zo gehoord en gevoeld wordt zoals die is. (Toch een soort antwoord op de vraag, maar ik hoop dat het geen antwoord is dat de verwondering wegneemt.) Waarachtig leven is zien dat het leven echt is, het is nu, het is wat je hier nu beleeft. En wanneer je samenvalt, beleef je ook de poëzie van het leven. Een bijzonderheid, een kunst die in zoveel kleine dingen te vinden is. Alles, echt alles is een uitdrukking van het leven dat jij bent. © Ludo de Jongh